De verschillende soorten borstvoeding
Herkent u uw baby in een van de hieronder beschreven persoonlijkheden tijdens de borstvoeding?
De Uitgehongerde Rups
Voordat u het goed en wel beseft is uw tepel reeds verdwenen in het hongerige mondje en wordt er enthousiast aan gezogen. Deze baby’s weten wat ze willen – ze leggen energiek aan, drinken gulzig en laten de borst pas terug los wanneer ze vol zitten. Het is gemakkelijk om overal en op elk moment van de dag borstvoeding te geven. Bovendien zal er door hun eetlust altijd voldoende melk geproduceerd worden. Als dit uw kleintje berschrijft, zorg er dan voor dat u de baby zorgvuldig tegen de borst legt vanaf dat u tekenen van honger opmerkt. Hoe hongeriger het kind, hoe krachtiger ze zullen aanleggen waardoor het risico op pijnlijke tepels zal toenemen door een verkeerde positie van de tepel tegen het tandvlees.
De Wriemelende Worm
Deze baby’s worden opgewonden vanaf dat ze een borst zien, ze schoppen en slaan in het rond en zullen zowel links als rechts willen zuigen. Wie weet, misschien smaakt de melk aan de andere kant wel beter... Dit kind belichaamt het genot dat borstvoeding geven kan zijn! Zorg er echter wel voor dat uw baby in zijn of haar drift om te eten het zichzelf niet nodeloos moeilijk maakt. Probeer om uw baby vlak na het ontwaken te voeden. Doe dit bij voorkeur wanneer ze nog neerliggen, want dit zal hun enthousiasme een beetje intomen. Door hun uitgelatenheid hebben deze baby’s de gewoonte om veel lucht in te slikken wanneer ze drinken, dus zorg ervoor dat ze achteraf een goede boer laten om maagklachten te voorkomen.
De Fijnproever
Een delicatesse zoals moedermelk mag niet haastig worden opgeslorpt – daar moet je rustig van genieten. Dit is het motto van baby’s die fijnproevers zijn. Vaak duurt het dubbel zo lang om deze baby’s te voeden. Fijnproevers drinken langzaam, regelmatig en kunnen niet opgejaagd worden – ze zullen ervoor zorgen dat ze al het nodige uit de borst halen. Probeer uw kleine fijnproever nooit op te jagen! Uw baby heeft tijd nodig om met de tepel te spelen en eerst enkele druppels te proeven. Ze zullen hun goedkeuring tonen door met de lippen te smekken en zuiggeluidjes te maken. Weet dat fijnproeverbaby’s gemakkelijk af te leiden zijn. Een plek vol luide mensen is niet geschikt om aan deze baby borstvoeding te geven – één geïnteresseerde blik kan voldoende zijn om hen op andere gedachten te brengen. Probeer het hoofdje af te schermen met een neteldoek wanneer u in het openbaar borstvoeding geeft. Het pefecte scenario voor deze fijnproevers is een lange en rustige borstvoeding alleen met mama en bij voorkeur in de stilte van hun eigen huis.
De Dromer
Door borstvoeding worden sommige baby’s slaperig en dit geldt vooral voor de kleine dromers. Ze houden ervan om een beetje te zuigen, een beetje te rusten, nog een beetje te zuigen, nog een beetje te rusten... en vaak duurt het een hele poos voordat ze vol zitten. Dromers ontspannen helemaal tijdens de borstvoeding. Ze hebben niet zozeer een slaapritueel nodig, alleen maar een borst om tegen in slaap te vallen. Wees geduldig en probeer uw baby niet te onderbreken. Het is niet omdat uw baby even slaapt dat hij of zij daarom genoeg heeft gedronken. Probeer ze in een rechte positie te voeden. Hierdoor wordt het moeilijker om in slaap te vallen. Wanneer uw baby klaar is met een kant dan kunt u de luier verversen en daarna de andere tepel aanbieden. Probeer om uw baby een beetje aan de voeten of de achterkant van de hals te kietelen, want dit zal hen tijdens de borstvoeding wakker houden en ervoor zorgen dat ze voldoende melk hebben gedronken om in een diepe slaap te vallen.
De Uitsteller
Deze baby’s zijn tijdens de eerste paar dagen vaak weigerachtig ten opzichte van borstvoeding en hebben er moeite mee om op de juiste manier aan te leggen. De melk smaakt wel lekker, maar dat opdrinken is zwaar werk en deze baby’s worden dat al vlug moe. Dit is voor vele nieuwe moeders een zorg, maar uitstellers hebben alleen maar een beetje meer tijd nodig. Jaag deze baby’s niet op om te drinken. Op een bepaald moment zullen ze zelf de borst ontdekken, drinken en groeien zoals andere baby’s. Ze hebben alleen maar een beetje meer ondersteuning nodig om te ontdekken wat voor hen werkt.
Herkent u uw baby in een van deze persoonlijkheden? Of combineert uw baby meerdere van de beschreven gedragspatronen?
Dit is volkomen normaal. Uw baby heeft immers een unieke en uitgesproken persoonlijkheid. Wat borstvoeding betreft bestaat er geen ‘goed’ of ‘fout’. Wat werkt voor u en uw baby is het juiste! Tijdens de borstvoeding is het belangrijkste dat u en uw baby zich ontspannen en gelukkig voelen.
De volgende tips komen misschien van pas:
- Raak aan, wacht, trek dichterbij.
- Tijdens de borstvoeding moet u uw kind dicht tegen uw lichaam houden en ervoor zorgen dat hij of zij goed aanlegt.
- Verander altijd van kant tijdens de borstvoeding, maar doe dit alleen maar wanneer uw baby een tepel loslaat na minstens 15 tot 20 minuten zuigen en doorslikken.
- Leer de verschillende borstvoedingshoudingen kennen en ‘probeer ze uit’ met uw baby.
- Geef in het begin uitsluitend borstvoeding en vermijd fospenen, tepelschilden en het geven van een extra zuigelingenbereiding. Dit zal helpen om een routine voor de borstvoeding te creëren die werkt. Laat uw tepels regelmatig aan de lucht opdrogen nadat uw borstvoeding heeft gegeven.